Oog, glasachtig lichaam
Het glasachtig lichaam wordt aangestuurd door 2 kiembladen: de witte stof van de grote hersenen (medulla) en de hersenschors (cortex). Er speelt dus ook een eigenwaarde component mee.
In dit geval gaat het bij de biologische handigheid niet om het linker of rechter oog maar om de linker of rechter helft van het glaslichaam in beide ogen. Het kijken is gekruist, dus de linker helft van het oog kijkt naar rechts en het rechter helft kijkt naar links. De rechtshandige vrouw kijkt naar links naar haar moeder of kind. De rechter helft van het glaslichaam van beide ogen is getroffen als het om één van hen gaat en als het om een 3e persoon gaat, dan zal de linker helft van het glaslichaam in beide ogen getroffen zijn.
Zie ook: ooglid, hoornvlies, lens, netvlies.
Thema
Angst-van-achteren voor persoon of dier. Een persoon of dier zit je achterna en moet afgeschud worden. EWI-component: niet kunnen ontkomen aan de achtervolger.
CA-fase
Celafbouw van het glasachtig lichaam en plotselinge vertroebeling van één of beide helft(en) van het glasachtig lichaam.
Symptomen
Glaucoom, gezichtsverlies in een specifiek gedeelte van het glasachtig lichaam. Waas aan de zijkant van het zicht.
Biologisch nut
Het gevaar wordt onzichtbaar gemaakt, oogkleppen hebben.
Bij een prooidier zitten de ogen aan de zijkant van de kop en de helft van elk oog kan dus achteruit kijken. De vertroebeling van de helft van het oog belet het dier om de achtervolger te zien en het kan zich daardoor volledig concentreren op de vluchtroute.
Bij mensen betreft het meestal de neuszijde van één of beide glasachtige lichamen daar de zijkant van de ogen helder moet blijven om de vluchtroute te kunnen zien.
PCL-fase
Herstel van het glasachtig lichaam. Celopbouw door het programma van de medulla en functieherstel door het programma van de cortex. Vermindering van de waas.
EC
Oedeem wordt uitgeperst.
Plotselinge stijging van de druk in de oogbol om inklappen van het oog te voorkomen bij uitdrijving van het genezingsvocht. Glaucoom-aanval, acute glaucoom. Erger met syndroom.
PCL-B
Troebelingen in het glasvocht: het zien van sliertjes, wolkjes, draadjes, spinnetjes, etc. door collageenvorming (bepaald soort eiwit) in het glaslichaam.
Hangende heling of vele terugvallen: tunnelvisie.