Speekselklieren
Er zijn verschillende speekselklieren en -kliertjes in de mond en keelholte. De grootste zijn de ondertongspeekselklieren en de oorspeekselklieren, maar er zijn ook kleinere kliertjes waarin processen kunnen lopen. Ze hebben allen hetzelfde thema en worden hier gezamenlijk behandeld.
Zie ook: speekselklierafvoergangen, amandelen, diepliggend mondslijmvlies, mond- en keelslijmvlies
Thema's
- Een (voedsel)brok niet in kunnen slikken door te weinig speeksel (rechterkant), dus iets in willen slikken maar dat kan of mag niet.
- Een (kots)brok niet uit kunnen spugen door te weinig speeksel (linkerkant), dus iets krijgen wat je niet wilt, je wilt iets uitspugen, uitkotsen.
Verschil tussen links en rechts zie ringvormig diertje.
CA-fase
Functieverhoging, toename van cellen in de speekselklieren.
Biologisch nut
- Voedingsbrok beter kunnen inspeekselen. Resultaat: brok gijdt gemakkelijker naar binnen.
- Brok beter kunnen uitspugen. Resultaat: brok glijdt er gemakkelijker uit.
Symptomen
Vergroting speekselklier(en), eventueel overproductie van speeksel.
PCL-fase
Normalisatie van de functie. Afbouw van de extra cellen door schimmels of tbc-bacteriën, indien aanwezig.
Symptomen
Speekselklierontsteking. Vermoeidheid en/of nachtzweet, zwelling, koorts, stinkend speeksel, vieze smaak.
EC
Sterke pijn, rillingen.
Hangende heling of vele terugvallen: afname oorspeekselklier en speekselproductie, droge, "plakkerige" mond, mucoviscidose, syndroom van Sjögren (zie ook endoderm).